In Spanje zijn in korte tijd de komst van verschillende hypescale datacenters aangekondigd. De Dutch Datacenter Association is bang dat Nederland daardoor de boot gaat missen en wat er in 25 jaar aan ecosysteem is opgebouwd te niet zal worden gedaan. Dat klinkt heel erg zorgwekkend, maar feitelijk is er helemaal geen probleem.
Natuurlijk is er een bloeiend ecosysteem rondom datacenters in Nederland. Dat is iets om te koesteren. Het punt is alleen dat hypescale datacenters feitelijk geen onderdeel van enig ecosysteem zullen worden. Zij zijn in veel gevallen zelf een compleet (gesloten) wereldwijd ecosysteem, met zelfs eigen onderzeese kabels om de datacenters met elkaar te verbinden.
Het enige manier waar de hypescale datacenters daadwerkelijk onderdeel van een ecosysteem zijn, is het aantrekken van bronnen die in de omgeving beschikbaar zijn, zoals stroom, water en de grond waar deze op gebouwd zijn. Daarnaast zijn er ook enkele medewerkers op locatie nodig voor de dagelijkse operatie.
De locatie waar een datacenter gebouwd wordt is daarom eigenlijk helemaal niet zo relevant. Natuurlijk wordt het recht dat van toepassingen is op het datacenter bepaald door het land waar het zich in bevindt. De minimale latency die kan worden behaald is afhankelijk van de fysieke afstand tussen de gebruiker en het datacenter.
Hypescale datacenters zijn in de meeste gevallen geen hubs met daar binnen een grote variëteit aan (autonome) netwerken en colocatie-klanten die eigen apparatuur plaatsen. Het zijn juist compleet gesloten systemen, die zelf een gesloten wereldwijd ecosysteem vormen, en geen onderdeel zijn van het datacenter ecosysteem waar zij zich fysiek bevinden.